dinsdag 17 juni 2008

Batwa, een beter toekomst.


Père Elias, die zelf doctoreerde over de pygmeeën in Afrika, heeft de pastorale taak op zich genomen om voor de Batwa te vechten. Veel sympathie oogst hij daar niet mee, noch bij de Burundezen, die van de Batwa niet moeten weten, noch bij vele van zijn collega's. De regering heeft hij al zo ver gekregen dat hij van sommige regeringsfunctionarissen morele steun krijgt. Op geld moet hij niet rekenen.

Zijn project bestaat erin voor de Batwa dorpen te bouwen. Zo wil hij hen hun trots laten terugkrijgen, zodat zij meer moed krijgen om zich te integreren en uit de armoede op te klimmen. De Batwa moeten zelf de stenen maken. Dat kan enkel in het droge seizoen, van juni tot september, want de stenen zijn gewoon een blok gedroogde aarde. Zo'n blok droogt ongeveer drie weken. Wanneer ze voldoende stenen gemaakt hebben, enkele duizenden, dan huurt hij enkele bouwvakkers en kunnen de huizen gebouwd worden.

Zo'n nieuw modeldorpje hebben we ook bezocht. Zo'n vijfigtal propere hutjes, van het model dat ongeveer elke Burundees op het platteland heeft, een rechthoekig huisje met vier kamers en een gangetje in het midden.

Op de tweede fotootje ziet u een inkijk in de living van Esperanza, de hoofdverantwoordelijke van het dorp. Zij heeft het ver gebracht, want zij heeft meubels, een tafel en drie stoelen, een privilege in het dorp.

Het concept van père Elias lijkt te werken. Het volkje in het nieuwe dorpje was enthousiast, optimistisch en vol energie, terwijl we in het andere dorpje een veel gelatener bevolking zagen, die er eerder miserabel uitzag. Dit dorpje had ook voldoende grond (gekocht door de paters), om bananen en maniok te kweken om in hun eigen voedselbehoefte te voorzien. Om te verkopen hadden ze er helaas niet genoeg.

Elke dag bezoekt Elias en zijn medewerkers enkele dorpen om de gang van zaken te bespreken, hen te blijven stimuleren hun kinderen naar school te sturen en hen de weg naar de gezondheidszorg te tonen.

De Batwa, een vergeten volk


Zaterdag 14 juni 2008 zijn we samen met père Elias, een Ugandese (zwarte) witte pater, de bergen ingetrokken, op bezoek bij de Batwa, de pygmeeën. Jawel, in Burundi leven er pygmeeën. Zij maken ongeveer 2% van de bevolking uit. Het is een klein volkje, van ongeveer 1,30 m (wat je op de foto ziet, zijn volwassenen en kinderen), dat overal over Burundi verspreid is.

Lange tijd leefden zij in de bossen van de jacht. Zij integreerden zich niet, gingen niet naar school en namen niet deel aan de Burundese maatschappij.

Het probleem is nu dat de bossen verdwenen zijn en dat de Batwa geen bronnen van inkomsten hebben. Zij zijn een straatarm volk, uitgesloten en gediscrimineerd die vochten om te overleven. Zij spreken, net als de Burundezen, Kirundi en hun dorpen liggen vlakbij de dorpjes van de Burundesen, maar contacten tussen beide groepen is er niet. De Burundezen moeten van de Batwa niet veel weten en de Batwa zelf zagen geen reden om zich te integreren.

Père Elias maakt er zijn levenswerk van om de Batwa in de maatschappij te integreren (zonder hen te willen bekeren, wat opmerkelijk is voor een Afrikaanse pater): hij stimuleert ze om naar school te gaan en vooral, samen met hen bouwt hij voor hen nieuwe dorpen, zodat hun levensomstandigheden verbeteren, zodat ze hun trots terugvinden en zodat ze zo de moet vinden om een stap vooruit te zetten.

Op de tweede foto hier, zie je een voorbeeldje van zo'n Batwa-hutje, een strooien stulpje, ten groote van een WC voor gehandicapten en daarin leeft er een gezin met vier kinderen. Binnenin is er plaats voor een vuur om te koken, daarrond liggen een paar potten. Links hangt er een doek zodat de ouders wat gescheiden slapen. 's Avonds wordt het vuur gedoofd en leggen de kinderen zich in de overgebleven ruimte. Dat is het zowat. Meubels, huisraad, kleren vind je niet. Eigenlijk is er verder niets.

Het dorpje waar wij zijn geweest had wat grond van de regering gekregen. Het dorpje telde 26 families. Tussen hun huisjes kweekten ze wat bananen en maniok, maar het lapje grond was te klein om iedereen eten te geven. De Batwa probeerden in leven te blijven door te gaan werken op de velden van de Burundezen.

Sommige hebben een hutje van lemen stenen, een paleis als het ware (een leeg paleis dan). Hier zie je de verantwoordelijke van het dorpje trots poseren voor zijn paleis.

maandag 16 juni 2008

Terug, moe maar tevreden

Vanmorgen om 6.00u op Zaventem geland. We zijn terug thuis, moe maar tevreden. Vlug een uurtje of drie slapen en dan weer naar school. Tijd om te bekomen hebben we nog niet.

In de komende dagen zal ik mijn best doen om deze blog aan de vullen. Er valt nog heel wat te vertellen: de details over ons project, contacten voor nieuwe projecten, ons bezoek aan de Batwa, de indrukken die we in Burundi hebben opgedaan, de vele interessante gesprekken, ...

Alles komt nog, binnenkort, maar eerst een uurtje of drie slapen.

zaterdag 14 juni 2008

Kinderinvasie


Gisteren zijn we naar de cuisine mobile gaan kijken. HIV-patienten nodigen hun buren en vrienden u it om samen eten te maken. Intussen krijgen ze uitleg over hoe ze met weinig geld een evenwichtige maaltijd kunnen maken, wat dieetleer dus, en worden we voorgelicht over HIV-preventie. Dit gemeenschapmoment moet er ook voor zorgen dat de HIV-patient niet geisoleerd geraakt en gestigmatiseerd wordt.

Het was een indrukwekkende ervaring, tussen de lemen huisjes een ongelooflijke massa kleine kinderen te zien rondwriemelen, klaar om een maaltijd te verorberen. Er is hier nog veel te doen.

We zijn niet te lang gebleven, want de komst van blanken zorgt voor heel wat commotie: iedereen begint te zingen, de buren komen kijken, enzovoort. Men had zelfs speciaal stoelen gezocht om ons te ontvangen. Niet te lang blijven dus, want het is niet de bedoeling dat we de hele werking in de war sturen.

Vandaag naar de pygmeeen, de Batwa. Eens zien wat dat geeft.

Komen we volgend jaar opnieuw?

Tijdens ons verblijf hier hebben we al heel wat contacten gelegd om eventueel een stage van drie maanden mogelijk te maken.
Er is niet alleen het werk in La Nouvelle Esperance, we hebben ook al contacten met de Belgische ambassade. De Belgische overheid betaalt een project om het technisch onderwijs te stimuleren. Al tien scholen werden van materiaal voorzien, maar er is vooral nood aan opleiding van de leraars, onder andere op het vlak van informatica en het beheer van materiaal. Wanneer wij bereid zijn om hier een opleiding te komen geven, betaalt de overheid onze onkosten. Er is ook behoefte aan software om het materiaal te beheren, en op het vlak van (netwerk)infrastructuur. Genoeg stof om een stage te organiseren. Organisatorisch zit het ook snor.
Verder hebben we nog contacten met een kliniek voor moeders en kinderen. Daar is veel materiaal, maar te weinig expertise op het vlak van informatica, en geen software om de kliniek te beheren. Ook hier ruiken ze mogelijkheden.
Wordt misschien vervolgd.

Projecten in eindfase


Gisteren hebben we onze projecten bijna in de eindfase kunnen zetten. Wat de website http://nouvelle-esperance.org betreft, hebben we gisteren de admimstrators opgeleid. Hier denkt men nogal hierarchisch. Dit betekent dat de mensen die aan de top staan in de organisatie de meeste rechten krijgen in het systeem en instaan voor belangrijke zaken als het beheer van gebruikers, menu's, fotogalerijen, enzovoort. Helaas zijn deze mensen niet de meest computervaardige van de organisatie.

Het vraagt heel wat geduld om mensen op te leiden met weinig computerervaring en bijna geen internetervaring. Internet is in Burundi schandalig duur (prijzen in een grote-orde van 500 dollar per maand) en van slechte kwaliteit. Internetconnecties zijn dus schaars. Vandaar het gebrek aan internetervaring. Gelukkig zijn Maarten en Jeroen erg geduldig en erg goed in het opleiden van gebruikers. Zo'n opleiding moet bijna individueel gebeuren, anders lukt het niet. Hopelijk hebben we ze ver genoeg kunnen brengen om alleen te site te kunnen beheren.

Wat de analyse van het softwarepakket SIDA Info betreft, hebben we onze bevindingen in een rapport gegoten en voorgesteld aan de geneesheren van La Nouvelle Esperance. Naar onze opinie is het Accesspakketje van zo'n slechte kwaliteit dat er best van nul herbegonnen wordt. De overheid legt dit programma op, het zou goed zijn dat zij die verantwoordelijkheid nemen. Als dat niet kan, zit er hier wel een stage voor onze studenten in. Vandaag zien we die mensen op een receptie. Ongetwijfeld zal hierover gepraat moeten worden.

vrijdag 13 juni 2008

Welke dag zijn we vandaag?


Veel informatie staat er nog niet op deze blog. Dat heeft deels te maken met de beperkte beschikbaarheid van internet, deels met het feit dat de dagen zo propvol zitten, dat we nauwelijks nog weten welke dag we zijn. dat is normaal. We zijn hier maar een week, dus moet alles in die week geperst worden. Daarom ben ik vandaag wat vroeger opgestaan, om in het hotel het een en ander te posten en Heidi's mails te beantwoorden. De andere 80 mails laat ik graag onbeantwoord.

Werk hebben we al genoeg gehad: opleiding geven over het onderhoud van de site, de site uitbreiden met een verkoopmodule, analyse van hun bestaande software, definitie van een nieuw project voor de optimalisatie van hun software, helpen met het netwerk, leren een blog opstellen, leren een webpagina opstellen, overal contacten gaan leggen, enzovoort. De honger naar kennis is hier erg groot. Ze zouden ons met plezier nog enkele weken houden, wat helaas niet kan.

Veel van Burundi hebben we nog niet gezien. Vandaag komt daar een beetje verandering in. Vandaag gaan we met de mobiele keuken mee, morgen trekken we naar een pygmeeendorp. De pygmeeen zijn een gemarginaliseerde en erg arme volksgroep van Burundi. Morgenavond stellen we dan ons werk voor aan de grote bonzen van Burundi en aan de belangrijkste donateurs.

Meer details volgen later wel eens, als we wat meer tijd hebben.

Nu vlug naar het ontbijt.

Arne

dinsdag 10 juni 2008

Mooie, drukke dag

Tijd om te bekomen kregen we niet. Maandag op tijd uit bed, ontbijten en weg. Om 7:50u kwamen de mensen van "La Nouvelle Espérance" ons ophalen.

Eerste kregen we een hele rondleiding rond het centrum: het onthaal, de consultaties bij de dokter, de apotheek, het lab, de psycholoog, de jurist, het kaartjesatelier, het naaitatelier, de kooklessen, de lessen mandenvlechten, de voedselbedeling, ...

"La Nouvelle Epérance" ligt in een arme wijk van Bujumbura ("plain des bandits" zoals Armand zegt), maar is zelf klein, maar vrij goed uitgerust: computers in een netwerk, een eigen lab, ...

Daarna vlogen we onmiddellijk in de demonstratie van de website en de opleiding in het aanpassen van de site. Tussendoor brachten we nog een bezoekje aan twee buitenposten van het centrum die nog in aanbouw zijn. Om 14:00u konden we eindelijk aan het middagmaal.

Dat middagmaal was ronduit heerlijk. Materieel zijn we hier verwend: goed eten, goed hotel, comfortabele werkruimte, ...

's Avonds zijn we dan samen met een aantal mensen van La Nouvelle Esperance pizza gaan eten. De beste pizza vind je duidelijk in Bujumbura.

Vlotte reis, koninklijke ontvangst

Vlotte heenreis gehad. Het vliegtuig had slechts een uurtje vertraging dankzij een bende Amerikanen.
In Bujumbura was het vrij warm en vochtig. Het had immers net geregend, ondanks het feit dat het regenseizoen voorbij is.
Bij aankomst stond Armand Galay, de directeur van het centrum, ons op te wachten met zijn hele team, een heel ontvangstcomité als het ware. Intussen was het al donker geworden. Om 18:00u stipt valt immers de avond. Om kwart voor zes loop je in de zon. Om vijf na zes is het pikdonker.
Intussen was het al acht uur, dus tijd om naar het hotel gebracht te worden. We zijn gelogeerd in een verzorgd hotelletje. Na het nuttigen van een omelet-friet, aangevuld met een frisse Primus-biertje (in Bujumbura gebrouwen), konden we gaan slapen. Wat staat ons morgen te wachten?

zaterdag 7 juni 2008

Vaderdag

Mocht vanochtend niet opstaan. De kinderen hadden vaderdag een dag vervroegd en ze waren nog aan het voorbereiden. Een mens wil dan eens voorbeeldig zijn.

Studenten?

Wil je weten waar je zo'n fantastische informatica-opleiding kan volgen: http://www.katho.be.?

Jeroen en Maarten volgen de opleiding "Toegepaste Informatica", afstudeerrichting "softwaremanagement" aan Katho, departement VHTI

Het schijnt dat ze daar sympathieke docenten hebben.

La Nouvelle Espérance

Meer info over de instelling in Bujumbura, de (voorlopige) versie van de site: http://nouvelle-esperance.org

Druk aan het voorbereiden

Mijn examens zijn gisteravond net op tijd verbeterd geraak. Vandaag de reis voorbereiden. Alle documenten, injecties en pillen zijnin orde. Nu nog de rest klaar krijgen.

Morgen om 9:40u zitten we op het vliegtuig (SN Brussels). Het wordt morgen voor zes uur opstaan. Vanavond zitten we nog met een feestje. Het zal een korte nacht worden.

Wat houdt deze reis in?

In de maand februari/ maart hebben een team van studenten met behulp van het CMS (Content Management System) Drupal een website gemaakt voor "La Nouvelle Espérance", een dagkliniek voor aidspatiënten in Bujumbura, Burundi. Naast medische verzorging werkt deze kliniek ook aan de reïntegratie van de aidspatiënten in de samenleving door opleiding, een naaiatelier, een kaartenatelier, het verstrekken van voeding en het verstrekken van microkredieten.

Van 8 juni tot 16 juni 2008 reizen wij naar Burundi om de mensen ter plaatse op te leiden in het gebruik van Drupal en het onderhoud van de website en om contacten te leggen voor nieuwe projecten.

Wie zijn wij?
  • Ikzelf, Arne Vandenbussche.
  • Noël Selis, een collega van Katho.
  • Jeroen Bolle, een van de studenten.
  • Maarten Masschelein, een andere student.
  • Davy Demeyer, werknemer van Actemium die de reis sponsort.
Als ik in Bujumbura een computer met internetverbinding vind, dan zal ik mijn best doen om hier geregeld wat impressies te posten.