dinsdag 17 juni 2008

De Batwa, een vergeten volk


Zaterdag 14 juni 2008 zijn we samen met père Elias, een Ugandese (zwarte) witte pater, de bergen ingetrokken, op bezoek bij de Batwa, de pygmeeën. Jawel, in Burundi leven er pygmeeën. Zij maken ongeveer 2% van de bevolking uit. Het is een klein volkje, van ongeveer 1,30 m (wat je op de foto ziet, zijn volwassenen en kinderen), dat overal over Burundi verspreid is.

Lange tijd leefden zij in de bossen van de jacht. Zij integreerden zich niet, gingen niet naar school en namen niet deel aan de Burundese maatschappij.

Het probleem is nu dat de bossen verdwenen zijn en dat de Batwa geen bronnen van inkomsten hebben. Zij zijn een straatarm volk, uitgesloten en gediscrimineerd die vochten om te overleven. Zij spreken, net als de Burundezen, Kirundi en hun dorpen liggen vlakbij de dorpjes van de Burundesen, maar contacten tussen beide groepen is er niet. De Burundezen moeten van de Batwa niet veel weten en de Batwa zelf zagen geen reden om zich te integreren.

Père Elias maakt er zijn levenswerk van om de Batwa in de maatschappij te integreren (zonder hen te willen bekeren, wat opmerkelijk is voor een Afrikaanse pater): hij stimuleert ze om naar school te gaan en vooral, samen met hen bouwt hij voor hen nieuwe dorpen, zodat hun levensomstandigheden verbeteren, zodat ze hun trots terugvinden en zodat ze zo de moet vinden om een stap vooruit te zetten.

Op de tweede foto hier, zie je een voorbeeldje van zo'n Batwa-hutje, een strooien stulpje, ten groote van een WC voor gehandicapten en daarin leeft er een gezin met vier kinderen. Binnenin is er plaats voor een vuur om te koken, daarrond liggen een paar potten. Links hangt er een doek zodat de ouders wat gescheiden slapen. 's Avonds wordt het vuur gedoofd en leggen de kinderen zich in de overgebleven ruimte. Dat is het zowat. Meubels, huisraad, kleren vind je niet. Eigenlijk is er verder niets.

Het dorpje waar wij zijn geweest had wat grond van de regering gekregen. Het dorpje telde 26 families. Tussen hun huisjes kweekten ze wat bananen en maniok, maar het lapje grond was te klein om iedereen eten te geven. De Batwa probeerden in leven te blijven door te gaan werken op de velden van de Burundezen.

Sommige hebben een hutje van lemen stenen, een paleis als het ware (een leeg paleis dan). Hier zie je de verantwoordelijke van het dorpje trots poseren voor zijn paleis.

Geen opmerkingen: